• Een militair als voorvader
  • Familienamen: van Klöne naar Kluin en Klune
  • Over dit weblog
  • Trouwen en scheiden, landelijk beeld vanaf 1950

Loket voor lief en leed

~ 200 jaar Burgerlijke Stand

Loket voor lief en leed

Maandelijks Archief: maart 2011

Een soldaat van Napoleon

22 dinsdag mrt 2011

Posted by loketvoorliefenleed in Bijzonder, Dood, soldaten

≈ 2 reacties

In het overlijdensregister van Delfzijl over 1833 bevindt zich de doodsakte van Geert Onnes Siertzema, die in 1791 in diezelfde plaats geboren werd. Opmerkelijk is, dat de akte bestaat uit een brief van het Franse ministerie van oorlog, die meldt dat Geert ruim negentien jaar eerder als infanterist gestorven was in een hospitaal te Maagdenburg.

Geert was dus soldaat van Napoleon. Volgens de brief werd hij dat op 28 december 1812. Dan deed hij er vrij lang over om zijn regiment te bereiken, want volgens een brief de dato 16 november 1812 in het gemeente-archief van Delfzijl, moest hij zich op 18 november om 9.00 uur des ochtends met andere Delfzijlster ‘conscrits’ – zeg maar dienstplichtigen – melden op het stadhuis van Groningen.

In die periode, eind 1812, is de Grande Armée op de terugtocht uit Rusland. Eind november vond de slag bij de Berezina plaats, waar Nederlandese pontonniers in het ijskoude water een brug construeerden, waarover Napoleons rompleger ontkwam. Daar was Geert dus niet bij. Mogelijk heeft hij in oktober 1813 de grote Volkerenslag bij Leipzig meegemaakt. Maagdenburg bevindt zich ten noordwesten van die plaats, het zou maar zo kunnen zijn dat hij op de terugtocht van die slag ziek of gewond is geraakt.

Waarom het Franse ministerie van oorlog negentien jaar na het overlijden van Geert nog eens een brief naar Delfzijl stuurde, is onbekend. Je zou verwachten dat er eerst vanuit Delfzijl een verzoek om inlichtingen was gedaan, maar helaas, andere correspondentie dan de bovengenoemde is niet aangetroffen.

Met dank aan Mattheus Dijkema en Jeroen Hillenga.

Uitvindster van de rollator

22 dinsdag mrt 2011

Posted by loketvoorliefenleed in Beroemd, Dood

≈ 1 reactie

 

Wist u dat de rollator een Groningse uitvinding was? Ja, het is echt zo. De uitvindster was in de jaren 1932 – 1935, toen ze op 106-jarige leeftijd stierf, tevens de oudste inwoner van Nederland.

Om haar evenwicht te bewaren liep ze altijd achter een verbouwde kinderwagen de stad door. Elke dinsdag ging ze zo naar de bloemenstalletjes op de Vismarkt. En dan legde men speciaal voor haar het verkeer even stil, zodat ze rustig en veilig kon oversteken.

In de uitzending van Loket voor Lief en Leed van vanavond (dinsdag 22 maart 2011) staan wij ook even stil bij deze ‘opoe Tjadens’. Allereerst haar naam. Daar was iets mee, die blijkt eigenlijk niet te kloppen. En hoe grondiger we haar doopceel lichten, hoe meer raadsels we tegenkomen. De uitvindster van de rollator blijkt zodoende omgeven met mysteries…

Nader kennis maken met deze legendarische en indertijd zeer geliefde stadsfiguur? Kijk dan vanavond  naar de nieuwe aflevering van ’t Loket voor Lief en Leed op TV Noord. De uitzending begint om ongeveer half zeven, maar wordt daarna ieder uur herhaald. Wij wensen u veel kijkplezier!

Kies uw drie trouwobjecten

21 maandag mrt 2011

Posted by loketvoorliefenleed in aankondigingen, Huwelijk

≈ 2 reacties

Deze zwarte trouwjapon, die uit een los lijfje en een rok bestaat, werd gedragen door Freerkje Wiersum, toen zij in 1908 in Uithuizen trouwde met Rembertus Dojes. De bruidegom was een weduwnaar met twee jonge kinderen, en het ging dus om zijn tweede huwelijk. Ook de bruid was niet piepjong meer, met haar 36 jaren. Toch heeft de kleur van de japon, die gemaakt is van tafzijde, kant en tule, daar niets mee te maken. Integendeel. trouwen in het wit was indertijd nog helemaal geen traditie. Alleen adellijke en vorstelijke bruiden trouwden in het wit. Gewone bruiden droegen wel feestelijke kleding bij hun huwelijk, maar deze kon allerlei kleuren aannemen. Vaak was het echter zwart. Donkere kleding was praktisch en kon ook later nog eens van pas komen.

Met onder meer een zilveren knottekistje, zeemleren trouwschoentjes, een schilderij van een boerenbruiloft, een huwelijksservies en een doodshemd uit een bruidsuitzet, staat de zwarte bruidsjapon op een website die de Fraeylemaborg zojuist heeft gelanceerd. In totaal staan daar 40 opmerkelijke kunstwerken en objecten op uit diverse musea en collecties. Allemaal hebben deze te maken met het huwelijk en het is aan de bezoeker van de website om hieruit een gemotiveerde keuze te maken. Welke drie voorwerpen spreken hem of haar het meest aan en waarom? Is dat bijvoorbeeld, omdat het object doet denken aan de eigen trouwdag of die van een familielid of vriendin?

De Fraeylemaborg zal een selectie uit de reacties gebruiken voor de tentoonstelling ‘Trouwen op Fraeylema’ die van 15 april tot en met 23 oktober 2011 in het Koetshuis van de borg te zien is. Uiteraard worden de namen van de inzenders hierbij vermeld. Aanleiding voor de tentoonstelling is dat het burgerlijke huwelijk dit jaar – net als de burgerlijke stand – twee eeuwen bestaat. Bovendien is, zoals bekend, de Fraeylemaborg sinds enkele decennia een populaire trouwlocatie.

Rampjaar 1864

21 maandag mrt 2011

Posted by loketvoorliefenleed in Dood

≈ 2 reacties

Naast de Spaanse griep van 1918 zijn er door de eeuwen heen diverse andere rampen geweest die directe invloed hadden op de persoonlijke levens van mensen. We moeten dan niet alleen denken aan oorlogen, maar ook aan de allerlei ziekten die hun tol eisten. Daar werden de gewone man en vrouw zelfs veel vaker door getroffen.

Neem het echtpaar Jan Brink en Gepke Meines de Boer, dat anno 1855 in Leek trouwde. Hij was toen 32 jaar oud en zij 26. In de jaren tussen 1857 en 1863 kregen ze vier kinderen, te weten: Martje, Grietje, Jannes en Meine.  

Dan treft hun het noodloot. Want in anderhalve week tijd, tussen 31 october 1864 en 9 november 1864, overlijden al deze kinderen, dan een tot zeven jaar oud, te Grootegast. Terwijl hun grootmoeder van vaderskant, Martje Roelfs Brink, ook nog in deze periode sterft. De ellende van Jan en Gepke moet enorm geweest zijn. Maar op de een of andere manier hebben zij zich herpakt. Want in de nog komende jaren krijgen ze nog drie kinderen, namelijk Martje, Jannes en Meine, die in de jaren 1865 – 1869, alledrie te Opeinde worden geboren.

In  overlijdensregisters zie je wel meer gezinnen die verschillende kinderen in een kort tijdsbestek verliezen. De akten geven geen doodsoorzaken. Toch kan  het voor de familie-onderzoeker van belang zijn om te weten of er zich in een bepaalde tijd een ziekte of epidemie heeft voorgedaan. Zo heb je immers een verklaring voor de grote sterfte. 

Voor een beeld van de gezondheid en gezondheidszorg in Groningen in de negentiende eeuw, is het proefschrift van W. Baron een rijke bron van informatie.  In die dissertatie staat op bladzijde 424 en 425 een overzicht van de diverse epidemieën in Groningen.  Het proefschrift is hier als PDF te downloaden.

Daarnaast zijn er diverse websides over rampen in Nederland.  Zo geeft Rampenpublicaties een overzicht van epidemieën in Nederland en Vlaanderen tussen 1500 en 2000, terwijl 20 Eeuwen Nederland een meer algemene beschrijving van ziekmakende omstandigheden met doorverwijzingen geeft.

                                             Tobias Wagenaar

Met dank aan Mattie Bruining-Hoeksma.

Voornamen: wat mag?

18 vrijdag mrt 2011

Posted by loketvoorliefenleed in ambtenaren, Grappig, Rare namen

≈ 2 reacties

De tweede bijdrage van de gemeente Groningen haakt in op onze uitzending van afgelopen dinsdag en dan meer in het bijzonder op het merkwaardige gebruik om achternamen tot voornamen te promoveren. Welke voornamen zijn tegenwoordig nog  toegestaan?

Bijzonder aan de uitzending van 15 maart is dat de voorletters op de pijpenkop onder andere stonden voor Hofsnijder en Schmaal. Dit zijn eigenlijk geen voornamen maar achternamen. De wetgever staat dit vandaag de dag niet meer toe. Dit stamt uit de tijd van de invoering van de burgerlijke stand in het begin van de negentiende eeuw. Toen werd het geven van ‘geslachtsnamen van bestaande familiën’ als voornaam verboden. Kennelijk lukte het de familie Reinders toch om Hofsnijder en Schmaal als voornamen te laten registreren.

Voornamen mogen niet overeenkomen met bestaande achternamen, tenzij die achternaam ook voorkomt als gebruikelijke voornaam. Dat laatste is bijvoorbeeld het geval bij de naam ‘Jans’.

In de loop van de tijd merken we dat de grenzen wel zijn opgezocht en afgetast. Voor de wetgever is belangrijk dat het kind bij de keuze van een voornaam beschermd wordt. Het mag geen scheldwoord of bespottelijke naam zijn. Verder gelden in principe geen beperkingen voor het aantal voornamen dat ouders aan hun baby geven. Toch kijkt de ambtenaar van de burgerlijke stand wel naar het belang van het kind. En dat is niet gediend met 28 voornamen als hij of zij later naar school gaat.

Bij twijfel raadplegen wij het Nederlands voornamenregister van het Meertens Instituut. En we laten ons adviseren door de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken. Als de ambtenaar van de burgerlijke stand een bepaalde voornaam weigert, kunnen de ouders in beroep gaan bij de rechter. Dat is geen dagelijkse kost. Maar om een voorbeeld te noemen: de Amsterdamse rechtbank stond na een beroepszaak in 1998 de voornaam ‘Miracle-of-Love’ toch toe.

In Groningen golden Ruben en Sanne in 2010 als populaire voornamen. Wat ook wel eens voorkomt is dat de voorletters verwijzen naar een hobby van de vader of moeder, bijvoorbeeld een automerk. Ze geven hun kindje dan de voorletters F.I.A.T. of B.M.W. Tsja, over smaak valt te twisten. Maar hier is natuurlijk niets op tegen!

                                        Sander van der Zwaag

Niet openbaar is betrekkelijk

18 vrijdag mrt 2011

Posted by loketvoorliefenleed in aankondigingen, Starten met onderzoek

≈ Een reactie plaatsen

Contacten van de redactie met de gemeente Groningen hebben ertoe geleid dat deze gemeente bijdragen gaat leveren voor dit weblog. Vandaag plaatsen we de eerste twee.

Als gemeente Groningen beheren wij de burgerlijke stand. Daarom publiceren wij vanaf nu regelmatig op deze site over alles wat met de hedendaagse burgerlijke stand te maken heeft.

De gemeente bewaart 50 jaar lang alle overlijdensakten voordat ze naar de Groninger Archieven gaan. Huwelijksakten liggen 75 jaar bij ons in de kluis. Voor geboorteakten is deze termijn 100 jaar.

Heeft u voor familieonderzoek een afschrift nodig van een akte van de burgerlijke stand? Dan kunt u in beginsel zo’n afschrift bij de gemeente opvragen als u kunt aantonen dat u hierbij een ‘gerechtvaardigd belang’ heeft. Informeer bij ons wat de mogelijkheden zijn.

                                                   Sander van der Zwaag

Uitzending gemist 11

17 donderdag mrt 2011

Posted by loketvoorliefenleed in Bijzonder, Uitzending gemist

≈ 2 reacties

De uitzending over de pijpekop uit Bellingwolde:

‘Deserteur’ blijkt allang dood

17 donderdag mrt 2011

Posted by loketvoorliefenleed in Dood, soldaten, Vergissingen

≈ 4 reacties

Isaac Krips was net 21 jaar oud, toen hij op 15 februari 1814 overleed in het Militair Hospitaal te Groningen. Isaac was de zoon van een Leeuwarder barbier en maakte deel uit van de derde kompagnie der Friese Nationale Garde. Vanwege het beleg van Delfzijl, dat nog steeds door Franse troepen bezet was, lag zijn eenheid in Appingedam.

Isaacs overlijden werd bij de Burgerlijke Stand aangegeven door twee 'zieken majoors' van het Militair Hospitaal. Desondanks – en dat is eigenlijk best wel navrant – komt zijn naam voor op een lijst van deserteurs uit de Friese Nationale Garde, die de commandant daarvan anderhalve maand later opstelde en naar  Leeuwarden opstuurde. Op die lijst staan in totaal 96 manschappen en de commandant verzocht zijn superieuren om die voor de krijgsraad te dagen. Volgens de lijst was Isaac op 14 februari gedeserteerd. Waarschijnlijk lag hij toen al in het hospitaal. Kennelijk wisten zijn meerderen niet van zijn opname en bleven ze ook onkundig van zijn dood, zodat ze zijn naam een hele tijd later nog als deserteur opgaven.

Waaraan Isaac stierf is onbekend. In de ochtend van 12 februari, terwijl het zwaar mistte, ondernamen de Fransen ’s morgens nog met 300 man een uitval uit Delfzijl, waarbij ze in de omgeving van Geefsweer en Tuikwerd in een “scherp gevecht” raakten met 200 man van de Nationale Garde. Daarbij vielen aan de kant van de gardisten drie doden en twaalf gewonden, waarvan er vier zeer slecht aan toe waren. Wellicht liep Isaac bij deze schermutseling verwondingen op, en raakten zijn superieuren door de mist het zicht op hem kwijt.

Maar het is ook mogelijk dat hij ‘gewoon’ ziek was geworden. Het was een barre winter, er heerste strenge vorst, en de belegeraars hadden een groot gebrek aan goede winterkleding. Dat bevorderde hun gezondheid niet bepaald en vormde, naast het achterwege blijven van soldij, ook een voorname reden voor desertie. De 96 Friezen op de lijst van eind maart waren bij lange na niet de enigen die men daarvan verdacht.

Maar wat het geval van Isaac Krips ons vooral leert, is hoe instanties langs elkaar heen kunnen werken. Dat is iets waar je terdege rekening mee moet houden. Ga je als nazaat alleen maar af op zo’n lijst van deserteurs, dan komt je voorouder er heel slecht vanaf. Terwijl door de overlijdensakte een heel ander beeld ontstaat. Een en ander betekent dat je als onderzoeker liefst meerdere bronnen moet raadplegen, voordat je iets met zekerheid kunt vaststellen. Waar je slechts een enkele bron hebt, kan je slechts voorlopige conclusies trekken.

Literatuur over het beleg van Delfzijl:

  • M. Busch, ‘Dagverhaal van de blokkade van Delfzijl in 1813 en 1814’, in: Bijdragen tot de geschiedenis en oudheidkunde inzonderheid van de provincie Groningen, deel I (1864), 324 – 363.
  • Jaap Bottema, Delfzijl, schetsen uit de Franse tijd (Bedum 2004) 106 – 120.

Met dank aan Maarten Krips

Herbergier-ambtenaar

16 woensdag mrt 2011

Posted by loketvoorliefenleed in ambtenaren

≈ 1 reactie

Dat het gemeentehuis in de 19e eeuw vaak in een herberg gevestigd was, kwam al ter sprake in onze uitzending over voorlijk Veendam, en in een stukje op dit weblog, waar een citaat van de Westerwoldse streektaal-auteur Neuteboom werd besproken. Voor veel gemeenten is ook vrij eenvoudig na te gaan, in welke herbergen vanaf 1811 het gemeentehuis zetelde en waar dus de aangiften voor de burgerlijke stand plaatsvonden.

Neem Uithuizermeeden. Vanaf 1811 resideerde de gemeente hier in “de van ouds bekende herberg (…) alwaar de Roos op het uithangbord” stond, vlakbij de kerk. In 1871, toen herberg De Roos gesloopt werd, ging het bescheiden gemeentelijke apparaat er naar een andere horeca-gelegenheid, te weten De Witte Kidde in de Molenhorn (dat is de buurt waar tegenwoordig het spoor de hoofdweg kruist). Pas in 1907 voldeed dit logement niet langer aan de eisen:

“De brandveiligheid van de secretarie was onder de maat en het feit dat de veldwachter burgers bij de burgemeester moest aandienen in de gelagkamer werd als niet passend beschouwd. Ook vond men het ongewenst dat iemand die aangifte van geboorte of overlijden kwam doen verplicht was in de herberg een consumptie te gebruiken.”

Vervolgens kwam er een echt gemeentehuis tot stand, een gebouw dat er nu nog steeds staat, al is het de functie sinds de gemeentelijke fusie van 1979 kwijt. Vanaf 2008 fungeert dit pand – verrassing! – als horeca-gelegenheid.

Uit het geval Uithuizermeeden blijt dat er eertijds tussen de horeca- en de overheidsfunctie ook wel eens een persoonlijke verbinding bestond. Meindert Jacobs Sterenberg (1799 – 1871), de erfgenaam, eigenaar en uitbater van De Roos bleef namelijk herbergier van beroep, terwijl hij tevens ambtelijke en politieke functies ging vervullen in zijn eigen onderkomen. Vanaf 1822 was hij schrijver bij de gemeente en naderhand schatter van de personele belasting. Nog weer later werd hij gemeenteraadslid , wethouder en loco-burgemeester, om ons te beperken tot de gemeentelijke functies. Kennelijk bestond er tegen de vereniging van al zulke functies in één persoon geen overwegend bezwaar.

In 1867, toen hij politiek al uitgerangeerd was, kwam er aan de ambtelijke functies van Sterenberg een eind, omdat de toen vrij nieuwe  burgemeester “het kantoor gewend” was en – na een aanloopperiode – zelf het schrijfwerk ter hand wilde nemen. Daardoor liepen de reguliere jaarinkomsten van Sterenberg terug van 600 naar 400 gulden, terwijl tegelijkertijd zijn oude herberg “uit de mode” raakte.

Sterenberg was een zelfbewust man, getuige de autobiografie die hij op het eind van zijn leven schreef. Teun Juk maakte er uitgebreid gebruik van voor het hoofdstuk dat hij aan Sterenberg wijdde in het boek Meij 650 (Bedum 2004, pag. 417 – 433) en uit dat hoofdstuk putten wij weer voor het bovenstaande.

Met dank aan Arent Sterenberg, die ons op zijn voorvader attendeerde.

Schipbreuk op Bornholm

16 woensdag mrt 2011

Posted by loketvoorliefenleed in Dood

≈ 1 reactie

Op 30 maart 1859 maakt de ambtenaar van de burgerlijke stand te Wildervank een overlijdensacte op voor vier leden van een en hetzelfde gezin:

  • Jurrien Jans Joosten (37), de vader;
  • Geertje Hindriks Hazewinkel (28), de moeder;
  • Jan Jacob Joosten (3), hun zoontje;
  • Alberta Annechina Joosten (1), hun dochtertje.

Allen overleden bijna vijf maanden eerder, en wel op 6 november 1858 te Allinge, op Bornholm, een Deens eiland in de Oostzee. Volgens G. Redeker uit Roosendaal, die ons op dit geval attendeerde, ging het om een schippersgezin, dat op die noodlottige dag met zijn kofschip de Neptunus onderweg was van Perau naar Schiedam. “Wat er deze reis is voorgevallen”, aldus Redeker,  “heb ik nog niet kunnen achterhalen , maar wel is bekend dat hij met zijn vrouw en zijn twee jongste kinderen aan boord is vergaan waarbij ze allemaal zijn verdronken. Ze zijn wel gevonden en worden op 11-11-1858 te Allinge begraven.”

Redeker kon de havenstad Perau niet thuisbrengen, en vermoedde dat deze in Polen lag. Een Perau bestaat of bestond er inderdaad niet aan de Oostzee. Waarschijnlijk ging het om Pillau in Oost-Pruissen, vlakbij Koningsbergen. Sinds de Tweede Wereldoorlog, toen Rusland dit gebied inlijfde en de Duitsers er wegjoeg, heet die stad Baltyisk, naar de Baltische golf.

Allinge, op de noordpunt van Bornholm, ligt ruim 300 kilometer ten westen van het voormalige Pillau. In zo’n geval als dit verdient het altijd aanbeveling om even naar de scheepsberichten in de krant te kijken. Inderdaad vinden we in de Groninger Courant van 17 november 1858 dit bericht, dat acht dagen eerder uit Allinge kwam:

“In den nacht van den 6den dezer is hier aan de kust een vaartuig gestrand, wiens geheele manschap den dood in de golven gevonden heeft. Uit de aangespoelde stukken is gebleken, dat het vergane schip hoogstwaarschijnlijk is de Neptunus, gevoerd door kapitein J. J. Joosten uit Wildervank. Gisteren en heden heeft men de lijken van 6 volwassen manspersonen, van eene vrouw en 2 kleine kinderen uit zee opgevischt. De doodstrijd dezer ongelukkigen moet niet lang geduurd hebben, daar de zee zoo geweldig was, dat het schip waarschijnlijk in eenige minuten tegen de rotsen is verpletterd. De lijken zullen op eene passende en Christelijke wijze ter aarde besteld worden.”

Naast het gezin Joosten-Hazewinkel kwamen dus nog vijf bemanningsleden om. In Wildervank en omgeving moet dit bericht hard aangekomen zijn.

Overigens was de oudste dochter Alberdina van het gezin Joosten-Hazewinkel voor de reis in Wildervank achtergebleven. Zij was ten tijde van de schipbreuk zes jaar oud, en ging dus mogelijk net naar school. Later zou zij trouwen met een postbode uit Stadskanaal. Ze overleed in 1934 in de stad Groningen, 81 jaar oud.

Met dank aan G. Redeker, Roosendaal.

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Met medewerking van:

  • RTV Noord
  • Groninger Museum
  • GAVA
  • NGV afd. Groningen
  • RHC Groninger Archieven

Categorieën

  • aankondigingen
  • ambtenaren
  • Beroemd
  • Berucht
  • Bijzonder
  • Dood
  • Geboorte
  • Grappig
  • Huwelijk
  • Rare namen
  • Religie
  • soldaten
  • Starten met onderzoek
  • Uitzending gemist
  • Uncategorized
  • Vergissingen

Archief

  • maart 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010

Blog Stats

  • 67.491 hits

Meta

  • Registreren
  • Inloggen
  • Berichten feed
  • Reacties feed
  • WordPress.com

Blog op WordPress.com.

Privacy en cookies: Deze site maakt gebruik van cookies. Door verder te gaan op deze website, ga je akkoord met het gebruik hiervan.
Voor meer informatie, onder andere over cookiebeheer, bekijk je: Cookiebeleid
  • Volg Volgend
    • Loket voor lief en leed
    • Doe mee met 32 andere volgers
    • Heb je al een WordPress.com-account? Nu inloggen.
    • Loket voor lief en leed
    • Aanpassen
    • Volg Volgend
    • Aanmelden
    • Inloggen
    • Deze inhoud rapporteren
    • Site in de Reader weergeven
    • Beheer abonnementen
    • Deze balk inklappen
 

Reacties laden....